In het Deltaplan 2030 lijkt dat zo’n beetje de constatering te zijn. Met betrekking tot mobiliteit staan we stil. Met de titel “hoog tijd voor mobiliteit” geeft de Mobiliteitsalliantie aan dat we in beweging moeten komen.
1. De alliantie van 2017 naar 2019.
Al in maart 2017 leek het er even op. Toen nog 17 organisaties en 6 politici (2e kamer) pleitten voor meer beweging in het mobiliteitsdossier. Het volgende (inmiddels zittende) kabinet diende een integrale mobiliteitsagenda op te stellen, zo luidde de conclusie.
Ruim 2 jaar later is er wederom een hartekreet dus: hoog tijd voor mobiliteit. Terwijl we letterlijk steeds mobieler worden (wat hinderlijk gestoord door een file links of rechts), is er aan het bestuurlijke en politieke front weinig of geen beweging. De inmiddels 25 partijen in de Mobiliteitsalliantie gooien de knuppel in het hoenderhok. Tijd voor actie, tijd om zwaar te gaan investeren. Zo niet, dan is stagnatie in economie en mobiliteit ons voorland.
Met dat woord “Deltaplan” wordt dit onderstreept, een verwijzing naar het grootse en zeer kostbare plan na de watersnoodramp 1953 om de lage landen een garantie op droge voeten te geven. Een plan dat ook werd gerealiseerd met bijdragen van industrie, overheden, kennis-instituten etc.
Met dit Deltaplan is het toch wat anders gesteld op dit moment. Bij dat oude Deltaplan was het doel strak en eenduidig, tastbaar en “dichtbij”; het draagvlak was groot, maatschappelijke en economische impact en spin offs waren enorm. Nu ligt er een plan dat zich nog moet bewijzen.
2. Complexiteit.
Terecht heeft de alliantie in dit plan de nodige samenhang en complexiteit aangebracht. Het gaat niet over het storten van wat meer asfalt of beton, een extra stukje spoor etc. Het gaat over mobiliteit binnen dus een complexe context. Het gaat over wonen en leven en werken, over sociale structuren, over verduurzaming en energietransitie. Kortom, geen halve maatregelen en deeloplossingen maar een plan: compleet, breed, samenhangend, integraal, holistisch, een blauwdruk. Met ook weer terecht de bekende innovatie-ingrediënten : flexibel, nieuwe business modellen, slim en smart etc.
Daarmee krijgt het plan misschien wel erg veel gewicht en vooral veel samenhang met een reeks thema’s. Vraag is of dit de helderheid en ook het draagvlak (mensen meekrijgen) ten goede komt.
3. Waar staan we? waar gaan we naartoe?
Kort en krachtig : nog nergens. Problemen uit het verleden stapelen zich op. Nieuwe problemen dienen zich al aan: sterke groei in mobiliteit(vraag naar personenvervoer tot 2030 plus 13 tot 20%; goederenvervoer plus 4 tot 19%), versnellende groei in congestie, en een letterlijk vastlopende economie.
De bestedingen aan infrastructuur zijn sinds 2011 gedaald als % van het BNP, van 1,3% in 2012 naar nu 0,8%. Een groot deel daarvan wordt besteed aan beheer en onderhoud; Cora van Nieuwenhuizen benadrukte dat ook direct bij de overhandiging van dit Deltaplan.
In het plan wordt gepleit voor ingrijpende veranderingen. Dat gaat over versterking van de capaciteit van de infrastructuur, vergroting van verkeersveiligheid, energietransitie en verduurzaming, bereikbaarheid, en vooral ook veel innovatie, anders betalen voor mobiliteit. Waarbij die innovatie kan gaan over gebruik van data en connectiviteit, multimodale vervoersoplossingen, Mobility as a Service; maar ook over andere vormen in organisatie en financiering van grote projecten, bundeling van kennis en kunde etc.
4. Geld.
En dan de EURO’S. De alliantie bepleit voor de komende 20 jaar extra uitgaven van rond de 3 miljard per jaar (waarmee de uitgaven weer uitkomen op die 1,3% van het BNP). Dat roept de in dergelijke gevallen bekende vragen op. Wie doet de uitgaven c.q. pleegt de investeringen? Wat zijn de verwachte opbrengsten/baten/rendementen dan? En waar vallen dan die baten? In hoeverre zijn het echt nieuwe aanvullende investeringen/uitgaven en echt nieuwe baten of is er sprake van verschuiving van oud naar nieuw?
Een strenge minister van Financiën (Hoekstra lijkt me zo) zal ongetwijfeld vragen naar kosten en baten, de hardheid daarvan, de aard van die baten (harde euro’s, milieu-impact, schonere wereld), en de betalende en ontvangende partijen. Geen nieuw beleid, tenzij opgevangen binnen de bestaande begroting, incidentele extra’s (als de overheidsinkomsten dat toelaten) maar geen structurele toezeggingen.
Politiek gezien zijn er sowieso nog wat gevoeligheden. Op alle fronten is er een luide roep om meer middelen (meestal structureel): defensie, zorg, justitie en veiligheid, onderwijs etc.
Mobiliteit en dan vooral de auto zijn electoraal lastig. We hebben nog wat andere deels verwante dossiers; ik denk aan het Energieakkoord en vooral aan het Klimaatakkoord (hoe stond het daar ook alweer mee?).
De mobiliteitsalliantie geeft zelf een aantal mogelijkheden aan ter dekking van de bijna 60 miljard.
Op het gebied van veiligheid is sprake van een reductie in het aantal ongevallen (materiele schade, letsel, dodelijke slachtoffers), resultaat 11 miljard. Reductie van files leidt tot een sterke vermindering in de (verborgen) kosten voor met name bedrijven, resultaat 5 miljard. Een sterke reductie in CO2 uitstoot wordt gewaardeerd op 2 miljard.
Andere baten zijn : meer inkomsten in OV, hogere waardering van gebieden rondom hubs, beprijzing van (gebruik van) openbare ruimte (parkeren), andere vormen van projectmanagement en financiering (Publiek Private Samenwerking), meer gezondheid en welzijn.
Al met al leert een sommetje op de spreekwoordelijke achterkant van de sigarendoos (of op een servet) dat tegenover 3 miljard extra uitgaven baten staan van rond de 18 miljard. Een absolute no-brainer zou je dus zeggen. Maar voordat alle partijen (overheden en bedrijven) het hier over eens zijn (wie betaalt en wie ontvangt) en de cijfers echt hard en onderbouwd zijn, moet er nog wel wat huiswerk worden gedaan.
Begrijpelijk en ook wel terecht, dat de alliantie dergelijke brede afwegingen neerlegt bij de politiek.
5. Beweging dus.
Het plan ligt er met een flink draagvlak. De politiek is aan zet. Maar het electoraat beweegt en schuift, de coalitie zoekt successen, het zomerreces nadert, en daarna de begroting. Het klimaatakkoord vraagt om een vervolg, de waan van de dag vraagt altijd veel aandacht.
Maar vanuit optimisme kunnen we ook zeggen: Ok, ons plan ligt er als input voor beleid en begroting. Een meerderheid van de bevolking lijkt overtuigd van de wenselijkheid om iets te doen aan verduurzaming, aan mobiliteit (kleine stapjes wellicht, maar toch). Dit Deltaplan kan ook kracht ontwikkelen door juist de brug te slaan naar Energie- en Klimaat akkoord. We gaan nog eens rekenen en schuiven, en al polderend gaan we stappen zetten.
Wordt vervolgd.
Hans Groenhuijsen, juni 2019.
Website: https://www.hansgroenhuijsen.nl/category/blogs/
Zie diverse artikelen over:
klimaatakkoord: https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/het-klimaat-de-stip-op-de-horizon/
congestie: https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/de-vrolijke-filerijder/
Linkedin : https://www.linkedin.com/in/4fieldshansgroenhuijsen/