Onveranderlijke wetten, dat klinkt logisch maar soms veranderen wetten, zijn het juist de wetten
die verandering teweegbrengen, verandert de wereld waarop die wetten van toepassing zijn.
Pratend over auto’s en mobiliteit is er een lange reeks van wetten en wetmatigheden geformuleerd;
soms als houvast en als leidraad, soms als mix van ernst en humor, soms ook als aperte onzin.
In een aantal afleveringen schets ik wat van die wetten. Trouwens wetten die niet alleen gaan over
mobiliteit, maar vooral ook over ons gedrag.
De systeem-wet.
Losse gebeurtenissen, losse ontwikkelingen zijn niet zo los maar onderdeel van een systeem. Aan de ene kant onderkennen we dat systeemkarakter maar vinden daarin ook een redelijk argument om even weinig of niks te (kunnen) doen. Aan de andere kant brengen we wat kleine verbeteringen aan op detailniveau maar claimen tegelijk dat dit (uiteindelijk) tot een grote systeemverandering leidt. Kleine verandering BINNEN het systeem wordt gepresenteerd als grote verandering VAN het systeem.
De wet van offer en beloning.
We brengen een relatief klein offer, bijvoorbeeld door de switch van benzine naar elektrisch. We moeten wat meer investeren, verliezen de romantiek en charme van de verbrandingsmotor, accepteren iets meer gedoe met de range en het tanken/laden. Bij elkaar een flink offer dat vraagt om een stevige overwinning op eigen vooroordelen, de angst voor verlies aan imago en “Freude am Fahren”. De beloning zit hem in bijvoorbeeld subsidie, lagere kilometerkosten, het gevoel dat je iets bijdraagt, een schonere uitlaat en een schoner geweten. Twee denkfoutjes:
. We denken dat we er met die kleine opofferingen wel zijn.
. We overschatten onze offers en onderschatten onze beloning, onze baten.
De wet van de push & pull match.
De push vanuit de aanbodkant ontmoet een zeer welwillende vraagkant, die maar al te graag (de market pull) absorbeert wat de markt biedt; bijna “vrienden voor het leven”. Het feit dat de industrie (deels) verandert en met oplossingen komt, maakt dat de verklaarde tegenstanders van de (benzine)auto makkelijker meebuigen: er is verbetering, we maken stappen. Tegelijk scharen zich grote aantallen burgers achter nobele plannen om de wereld beter te maken, het anders te doen, ook zelf kleine stapjes te zetten. Verzet en een roep om actie worden mainstream; wie kan en durft nog tegen te zijn? De kleine stappen in de goede richting (minder energie, minder kilometers?) zijn op zich goed. Maar kleine stappen vormen ook een vertraging in de zin dat we kleine stappen wel genoeg vinden, even pas op de plaats, ik lever mijn bijdrage. Vermindering van uitstoot reduceert dus het gevoel van urgentie om echt en meer te veranderen. Maar de urgentie is groot, en er moet meer gebeuren. Er blijven nog steeds heel veel ICE’s rijden, het aantal auto’s in de wereld groeit verder van ruim 1,1 miljard nu naar 1,6 miljard in 2040 waarvan dan zo’n 500 miljoen elektrisch maar dus weer 1,1 miljard met een verbrandingsmotor.
De wet van de markt.
Met die push & pull zitten we midden in de markt, vraag en aanbod, producent en consument. Het is natuurlijk de vraag of die markt nu zo goed in staat is om grote vraagstukken op te lossen. De vraagstukken m.b.t. klimaat, milieu, auto, mobiliteit etc. zijn groot en complex, de oplossingen dus ook. De dynamiek is groot: technologie, consumenten, kennis, producenten, alles verandert continu. Maar “de markt” laat zien hier redelijk mee om te kunnen gaan. Het wordt een slagje anders als er echt grote problemen ontstaan, de urgentie toeneemt, de kosten van “niets doen” oplopen, het gaat om het algemeen belang, tot nut van het algemeen, om het NU en de TOEKOMST. En het vervelende is, dat bij die vraagstukken het deels gaat om echt problemen oplossen, soms om MINDER en soms om ANDERS, om inleveren, om “verlies”, om grote en zeer onzekere investeringen. De markt vindt het lastig om (eigen) structuurfouten op te lossen, het zelfreinigend vermogen van de markt is gering. Een markt is meer van kansen dan van bedreigingen en problemen, vooral bezig met MEER en niet zozeer met MINDER. Zo zal het evenwicht dat een markt wordt verondersteld tot stand te brengen, lastig en niet erg stabiel blijken. Vraag- en aanbodkant willen allebei bewegen, veranderen dus. Maar het tempo waarin, en de manier waarop blijven punt van discussie. De overheid zou de marktmeester moeten spelen, met wetgeving en de geldbuidel moeten zwaaien. Maar kijkend naar den Haag en Brussel lijkt de kleur “groen” te verbleken. En moet je je afvrafgen of overheid /politiek in staat zijn om dit soort grote vraagstukken en veelkoppige monsters aan te pakken.
Het harde oordeel is dat we met EV, batterijen en waterstof heel makkelijk blijven hangen in het menselijke paradigma. We willen ons blijven bewegen, we blijven mobiel (Marchetti’s wet), we blijven onderdeel van een samenleving, zijn sociale wezens maar sluiten ons bij beweging graag op in onze eigen cocon. We vinden het al heel wat als we inleveren op motorvermogen, op ronkende uitlaten, brullende motoren, het huilen/blaffen/zoemen etc. van verschillende motoren. We houden vast aan luxe, gimmicks, extreem gemak. Minder rijden? Minder auto? Geen eigen auto? Minder reizen? Dacht het niet. Is de EV een serieuze vervanger van de ICE maar nog steeds een ding op 4 wielen van A naar B? Of is het een echt serieuze schakel in een grote mobiliteitstransitie? Zien fabrikanten het als een geschenk uit de hemel, maar graag even bepalend wanneer en in welke mate zodat investeringen in oud en in nieuw keurig worden terugverdiend? Er een combi gemaakt kan worden met de volgende innovatie? Connected, autonoom? In afwachting van de datastroom die de grip verder versterkt, die brede mobiliteitsaanbiedingen mogelijk maakt waar de OEM de regisseur is, de leverancier, de baas over de data en het gebruik ervan, die financiering en verzekering logischerwijs voor zijn rekening neemt?
Terug naar de auto. Het lijkt erop dat we daar het probleem, de discussie en de oplossing vernauwen. De auto is op allerlei manieren een probleem en soms de oplossing. Maar het gesprek volgend, gaat het om de discussie benzine of elektrisch, batterij of fuel cell. De dominantie van de auto, van automobiliteit, staat buiten kijf. En vervolgens richten we ons op het ooit uit faseren van de ICE, op de betaalbaarheid van de elektrische auto, op de noodzaak tot flinke subsidiering daarvan, op de noodzaak tot de versterking van de infrastructuur (wegen en vooral laden, netwerk hoog/midden/laag). En vatten we de hele discussie in een ideologische context, die het eigen standpunt ondersteunt. Ideologie en keuzes zijn mooi, maar de suggestie wordt gewekt dat de auto de beste, of zelfs enige garantie is op het behoud van mobiliteit, op het behouden van de toegankelijkheid, betaalbaarheid van de auto voor de burger, het waarborgen van die veel geprezen vrijheid en het welzijn van de consument. Prima om af en toe te tamboereren, om argumenten in de strijd te gooien, maar het beperkt de discussie en het vinden van de goede oplossingen en alternatieven voor grote problemen. Het risico is dat die voor een belangrijk deel te lang blijven liggen. Voor de duidelijkheid: de absolute waarheid bestaat ook in deze discussie niet.
(eerdere blogs over “wetten” op https://www.hansgroenhuijsen.nl/category/4fields/automotive-en-mobiliteit/ )
Hans Groenhuijsen, 2 april 2024.
T 06-52 58 95 85
M hans@hansgroenhuijsen.nl
I https://www.hansgroenhuijsen.nl
Link https://www.linkedin.com/in/4fieldshansgroenhuijsen/
Alle artikelen en blogs , zie: https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/
. wekelijks mijn blog ontvangen ? Meld je aan via “aanvraag artikelen” op
https://www.hansgroenhuijsen.nl/inschrijven-kennisblogs/
. ©alle rechten voorbehouden Hans Groenhuijsen, 2024.