In de vorige blog over innovatie (nr.9) werd het probleem zichtbaar van technologie die razendsnel (exponentieel)verandert, en organisaties die in het vermogen tot veranderen steeds meer achterblijven. Dat roept de klassieke vraag op: wat gaan we eraan doen?

  1. Doormodderen en niets doen?

Natuurlijk is het een “oplossing” om als onderneming maar wat door te modderen in de hoop dat het toch wel goedkomt.
Komt tijd komt raad, misschien wil de markt eigenlijk geen ingrijpende verandering, we kunnen altijd nog instappen etc.
Nog een cynisch en fatalistisch alternatief: maak er nog maar even het beste van, want we gaan uiteindelijk ten onder. Misschien worden we nog overgenomen, kunnen we delen verkopen, struikelt die innovatieve concurrent.

 

  1. Verandertempo aanjagen.

Zoals gezegd, die technologische verandering houd je niet tegen, dus is het alternatief om de verandering van de organisatie te versnellen, en daarmee de kloof weer kleiner te maken. Dat is een lastige opdracht. Het verandervermogen is te laag en om dat te veranderen hebben we juist dat verandervermogen nodig, de oplossing is dus het probleem. Toch kan een onderneming het proberen om het vermogen tot veranderen te vergroten, de weerstand tegen verandering te verkleinen, verandering om te buigen van een bedreiging tot iets leuks. Het blijven een beetje algemene recepten maar het gaat over andere doelen stellen, “fouten maken mag”, minder vaste structuren en meer flexibele organisatievormen, anders belonen, andere invalshoeken hanteren en tegenspraak organiseren, meer open organisatie en samenwerking met andere partijen, realistische sommetjes en scenario’s over bestaande en nieuwe producten (de kosten, de marge, de life cycle etc.). Innovaties kunnen in eigen huis een wat beschermde positie krijgen (kraamkamer, incubatie) of buiten de deur worden gekocht (kennis, licenties, overnames).

Werkt dit dan of is het een “pappen en nathouden” variant? Van behoudend en tegen verandering naar het andere uiterste doorslaan is (te) moeilijk en ook risicovol. Zo’n “big bang” of “majeure transitie” klinkt wel mooi maar het overstijgt wellicht de capaciteiten van mens en organisatie. Gevolg: juist meer weerstand en stagnatie. De vaak bewandelde weg is de bekende “gulden middenweg”: je vernieuwt, schudt de tent op, geeft mensen de tijd om te leren. Risico hierbij is dat een bedrijf blijft hangen, het tempo omlaaggaat, blijft steken in peptalk en halve maatregelen.

  1. You say you want a revolution (Lennon, 1968).

En soms is meer nodig dan dat, de revolutie, ingrijpende veranderingen. Het portfolio wordt compleet veranderd, oude activiteiten worden afgebouwd of verkocht, nieuwe activiteiten worden gekocht. Een fusie kan een grote doorbraak betekenen (niet zozeer meer van hetzelfde maar een uitbreiding van activiteiten, meer complementariteit), een joint venture of alliantie kan een vergelijkbare impact hebben. Een strakke reorganisatie kan wel eens helpen, niet alleen gericht op de (soms broodnodige) kostenreductie en efficiencyslag maar ook op nieuwe mensen, nieuwe energie, meer flexibiliteit. Voor de wereld van automotive en mobiliteit is het de vraag wat het spoorboekje wordt. Welke route wordt gevolgd de komende jaren? Dat geldt voor toeleveranciers, automakers, retailers, lease-en verzekeringsmaatschappijen, mobiliteitsproviders, overheden, telematica bedrijven etc. En het geldt bovenal voor “de grote onbekenden”, de ondernemingen die nog niet bestaan of ergens in een hoekje van de markt, maar het gezicht van mobiliteit gaan bepalen.
Er is een wereld te winnen. Mobiliteit wordt alleen maar belangrijker, bedrijfseconomisch maar ook maatschappelijk. De geschetste problemen met verandering zijn zeker herkenbaar als we kijken naar de “gevestigde orde” in de automotive: de organisatorische, financiële uitdagingen, ons vermogen en de wil tot veranderen, de mentale blokkades en het onderschatten van tempo en impact van verandering. Gas geven dus, voor het te laat is.

  1. “Wolle is kinne”

Voor Friezen gaat dit op: als je wilt, dan kan je het. In de praktijk is dit vaak lastig. Kijkend naar bedrijven binnen de automotive (en veel andere sectoren) is het maar de vraag of een bedrijf echt wil veranderen, of blijft hangen in halve maatregelen, verdediging, uitstel etc. En als je dan al wil, dan is het de vraag of je het ook kan: Zekere bewezen technologie-nieuw nieuw, bekende markt-nieuw terrein, oude-nieuwe klanten, de aandeelhouder en het management, risicomijdend-risicovol etc. Vaak, zeker in de automotive, is het probleem dat wat begint met een simpele auto, uiteindelijk onderdeel is van een complex systeem met veel afhankelijkheden.

5. Een systeem versnelt

Dat systeem als geheel moet dan veranderen om uiteindelijk tot een succes te komen. Ik noem er even “een paar”: grondstoffen, onderdelen, energiewinning en distributie, autoproductie/assemblage, infrastructuur (wegen etc.), financiering, verzekering. En de puzzel wordt nog groter als we kijken naar het totale systeem van mobiliteit (meer dan auto), naar hoe we wonen/werken/leven. Complexiteit kan al snel een excuus worden om niks te doen, te vertragen, “ik wil wel, maar..”.
We hebben het niet meer over een ding met 4 wielen en een benzinemotor. De verschuiving is al lang zichtbaar. In de hardware, de software, de functionaliteiten in een auto. Van mechanisch naar high tech, dat is de essentie van de auto-business.
Gebruik verandert. De auto wordt nog steeds gewaardeerd om zachte aspecten als imago, status, fun, design. En de auto is nog steeds een ding dat ons van A naar B (v.v.) brengt. De manier waarop dat gaat verandert, de rol van de mens verandert, en daarmee zijn betrokkenheid. De auto wordt meer en meer een belangrijke schakel in die eindeloze wereld die altijd “AAN” staat: mobiel, communicatie, verbinden van mensen, momenten en locaties. Het woord “mobiel” krijgt een andere betekenis. Een verschuiving ligt voor de hand van MEER AUTO (massa, luxe, performance, gadgets).
naar ANDERS (auto en mobiliteit, functionaliteit). Minder is nog steeds een minder populaire term.
Overheid en politiek zijn daarmee meer dan ooit onderdeel van het spel: fiscaal, infra, klimaat, economische ontwikkeling, ruimtelijke ordening, innovatie etc.

Dit alles maakt verandering lastig; systeem en complexiteit vertragen. Maar juist dat systeem kan ook leiden tot een versnelling. Kleine veranderingen leiden, exponentieel, tot grotere veranderingen.

En riep iemand daar: China? Daarover meer in eerdere, en nieuwe blogs.

Hans Groenhuijsen, 1 augustus 2024.

Eerdere blogs over “wetten” op:
https://www.hansgroenhuijsen.nl/category/4fields/automotive-en-mobiliteit/
https://www.hansgroenhuijsen.nl/category/4fields/automotive-trends/

T                             06-52 58 95 85
M               hans@hansgroenhuijsen.nl
I                 https://www.hansgroenhuijsen.nl

Linkedin    https://www.linkedin.com/in/4fieldshansgroenhuijsen/

. Alle artikelen en blogs , zie: https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/

. wekelijks mijn blog ontvangen ? Meld je aan via “aanvraag artikelen” op 
  https://www.hansgroenhuijsen.nl/inschrijven-kennisblogs/

. ©alle rechten voorbehouden Hans Groenhuijsen, 2024.