In een paar afleveringen  kijk ik naar uitvinden en ontdekken;  vervolgens naar auto en mobiliteit als systeem, naar de mogelijkheden en noodzaak tot verandering, het opnieuw uitvinden van die auto en mobiliteit. En tot slot noem ik een aantal “wetten” die soms helpen en soms tegenwerken bij die verandering. Geen lekker concrete oplossingen, meer (om met NRC te spreken) een klein slijpsteentje voor de (auto)geest.

Bij uitvindingen hebben we soms nog dat romantisch-nostalgische idee van iemand in een werkkamer of lab die op een goed moment roept : EUREKA. Soms worden uitvindingen op deze manier gedaan, vaak kleinere ontdekkingen die een bouwsteen gaan vormen voor het grote werk : INNOVATIE. Veel uitvindingen en ontdekkingen zijn een onderdeel van een groter verband, van een systeem, van een  proces. Dat betekent dat wil er ergens een doorbraak ontstaan, aan een aantal voorwaarden moet worden voldaan. Populair gezegd : de stukjes van de puzzel moeten er allemaal zijn, en ze moeten ook nog op hun plaats worden gelegd. Laten we de auto, meer specifiek de EV (Electric Vehicle), als illustratie nemen.

De EV is een samengesteld ding, daarmee een combinatie van uitvindingen in verschillende fasen van hun ontwikkeling. Veel van die ontdekkingen zijn afzonderlijk van elkaar gedaan, en lleiden tot uitvindingen met een eigen toepassing en functie. Terugkijkend moet een bepaald aantal onderdelen of componenten, een zeker niveau in technologie, en een zekere mate van kennis aanwezig zijn om tot iets te komen dat gaat lijken op een auto. Denk aan het wiel (3000 voor Christus) , paard en wagen, de stoommachine (18de eeuw), de trein (19de eeuw);  al met al de kennis over omzetting van grondstoffen/brandstof in energie, en van energie in (controleerbare) beweging.

Kort samengevat : we hebben materialen nodig en we  hebben de kennis en het inzicht nodig; beiden zijn duidelijk voorwaarden in die allereerste exploratie, de fase van ontdekken. Je zou kunnen zeggen dat dit een vroege vorm is van “technology push” ; de techniek duwt, drijft aan. En we hebben natuurlijk die vaak wat excentrieke mensen nodig, de ontdekkers, de avonturiers. Maar om die verandering te sturen, een richting te geven, moet er iets of iemand zijn die zegt : die kant uit. In het geval van de automobiel is dat niet een enkele persoon natuurlijk. Maar is het die andere grote kracht : de markt , “the market pull”. Voor de duidelijkheid : er was geen zichtbare fysieke markt waar technologie en  markt elkaar ontmoetten.  De markt bestaat niet; wat wel bestond en bestaat is een wereld waarin geleidelijk een vraag/een behoefte  ontstaat,  vaak nog ongericht, niet scherp benoemd. We hadden al dat paard, paard en wagen, de trekschuit, het stoomschip, de stoomtrein, iets dat leek op een fiets. Je zou het allemaal kunnen samenvatten onder de noemer “mobiliteit”, iets met wielen. En er zat een verschuiving in van veelal  zakelijk gebruik en eigendom (transport, goederen)  naar meer kleinschaliger vervoer, steeds meer particulier, geen goederen maar mensen.

Vervolgens is kennis- en onderzoeks- infrastructuur nodig: wetenschap, toegepast onderzoek, hobbyisme, nieuwsgierigheid, een vrije geest, vastlegging en overdracht van kennis, verbinding en communicatie tussen de “spelers”. En er is hardware nodig, materiaal, instrumenten. En dus is er geld nodig : eigen geld, familiekapitaal, budget van een onderneming, externe financiering etc. En wat, bovenal, nodig is, is de MENS : de onderzoeker, de vrije denker met ambities, met optimisme, met creativiteit, maar ook de mens in een positie om de rol te vervullen van de consument, om datgene wat de industrie produceert ook af te nemen; daarvoor is die ambitie nodig, is welvaart nodig. De economie, de maatschappij moet ruimte bieden aan dit hele nog wat fragiele bouwwerk.Binnen die ruimte moeten al die genoemde factoren elkaar vinden, elkaar geleidelijk versterken. Daarmee ontstaan de eerste contouren van wat we nu een “mobiliteitssyteem” zouden noemen. Een systeem waarbinnen niet meer allerlei ontwikkelingen  min of meer los van elkaar zich ontwikkelen, maar een systeem waarin al die factoren bewegen, in een complex van oorzaak/gevolg, van actie/reactie, een systeem met een eigen dynamiek, goed functionerend maar ook falend. Kortom, gewoon de echte wereld.

De economie dendert door vanaf eind 19de eeuw : enorme industrialisatie die mechanisering  faciliteert, bijdraagt aan welvaart; een grote behoefte heeft aan vervoer van grondstoffen en producten, mobiliteit van werknemers, grotere afstanden, grotere markten, schaalvergroting. De samenleving verandert :groei in bevolking, verstedelijking, andere patronen in welvaart en welzijn en in leven/wonen/werken.  Afstand wordt betrekkelijk, overbrugbaar. Mobiliteit neemt toe (pas ver in de 20ste eeuw  met een enorme groei in het aantal auto’s overigens). Opleidings- en kennis-niveau stijgt. Even in grote stappen : de auto wordt een groot succes. De industrie groeit spectaculair. En alles groeit mee ; de leveranciers (staal, rubber, onderdelen), de energiesector, alles wat retail is, garages, dealers, benzinestations, motels, wegenbouwers, verzekeraars, financiers, maar ook de hele vakantie- en recreatie sector  etc. De auto speelt een centrale rol in hoe we met ruimte omgaan, waar en hoe we gaan wonen. De auto is niet meer weg te denken, zeker niet binnen een afzienbare termijn.

Daarmee is die auto een doel op zich geworden, een object dat voor alle spelers zijn aantrekkelijke kanten heeft, een ding dat (dus) op alle mogelijke manieren moet worden ingepast. Maar ook is die auto dus een schakel in dat grotere systeem, dat enerzijds draait op de productie van alles wat met die auto heeft te maken, en anderzijds onmisbaar is in een wereld die gebouwd is op mobiliteit. Je zou kunnen veronderstellen dat hier een groots brein of een kwade genius( samenzwering) achter zit, maar veel meer is het de beroemde “invisible hand” van de markt.  Of we daar blij mee moeten zijn, is een andere vraag.
In aflevering 2 : hoe gaan we dan nu om met verandering in en van de auto en mobiliteit ? hoe vinden we uit ? hoe innoveren we ?

Hans Groenhuijsen, 4 maart 2024

T                06-52 58 95 85
M              hans@hansgroenhuijsen.nl
I                 https://www.hansgroenhuijsen.nl
Link           https://www.linkedin.com/in/4fieldshansgroenhuijsen/

Alle artikelen en blogs , zie: https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/

. wekelijks mijn blog ontvangen ? Meld je aan  via “aanvraag artikelen” op 
  https://www.hansgroenhuijsen.nl/inschrijven-kennisblogs/

. ©alle rechten voorbehouden Hans Groenhuijsen, 2024.

https://www.hansgroenhuijsen.nl/meer-wel-over-meer-doen-en-een-beter-nederland/

https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/probleem-en-systeem-oplossing-en-verlossing/

alle blogs : https://www.hansgroenhuijsen.nl/4-fields/